Toeslagendrama is van historische proporties

Martin van Rooijen“Het toeslagendrama is een immens menselijk en politiek drama van historische proporties”, concludeert Martin van Rooijen in de Eerste Kamer. De roep van de 50PLUS-senator om twee staatssecretarissen van Financiën was (te) lange tijd aan dovemansoren gericht.

Als gevolg van de zogenoemde CAF 11-zaak zijn grote aantallen huishoudens in ernstige en soms blijvende financiële problemen gebracht door de werking van de regelgeving rondom de kinderopvangtoeslag, de wijze waarop deze gehandhaafd werd en de uitleg die in uitvoering en rechtspraak aan die regelgeving is gegeven.

Aanpassen Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen
Met aanpassingen van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen (Awir) wil het kabinet meer ruimte creëren voor een verzachting van de hardheden en recht kunnen doen aan getroffen ouders. Vandaag behandelde de Eerste Kamer het wetvoorstel Awir. Hieronder de inbreng van 50PLUS-senator Martin van Rooijen (foto) in dit debat.

In tijdnood
“De Tweede Kamer heeft terecht een week extra tijd genomen voor een goede beoordeling, maar dat heeft wel tot gevolg dat de Eerste Kamer in tijdnood is gekomen: het kabinet wil met de Tweede Kamer dat de wet op 1 juli in gaat. Dat plaatst de Senaat voor een duivels dilemma: haar taak tot een marginale toetsing beperken in een flitsdebatje van per fractie 3 minuten, met stemming enkele uren later, of een behandeling plenair op onze laatste vergaderdag volgende week met eerst de gebruikelijke schriftelijke behandeling.
Het toeslagendrama, want dat is het: een immens menselijk en politiek drama van historische proporties.

Martin van Rooijen constateert:
1. Het CDA had nooit met het ondoordachte en wilde plan moeten komen om een toeslagenstelsel in te voeren. Toch is dat door CDA-staatssecretaris van Financiën Joop Wijn ingevoerd. Het is bekend dat ik dat persoonlijk Joop Wijn heb afgeraden. Joop, doe dat de Belastingdienst niet aan, de belastingambtenaren zijn opgeleid om belastingen te heffen, te controleren en te innen. Niet om geld uit te delen, en nog minder ongecontroleerd zoals later werd ingevoerd. Dat was vragen om problemen bij de uitvoering en om fraude. Ik zei tegen Joop: ”’Richt een aparte Belastingdienst II op.

2. PvdA-minister van Sociale Zaken Asscher en VVD-staatssecretaris van Financiën Wiebes hadden in 2014 moeten ingrijpen en dat hebben zij niet gedaan. Zij zijn de hoofdverantwoordelijke politieke ambtsdragers voor de Toeslagenaffaire zoals die zich heeft ontpopt.

3. Weekers en Snel zijn uit zichzelf afgetreden. Ook Wiebes had de eer aan zichzelf kunnen houden. Hij vond zichzelf geweldig bezig met de gesneefde belastinghervorming, en wist niet eens iets af van de vertrekregeling voor 5000 ambtenaren van december 2015.

Er kwam in januari 2017, kort voor de verkiezingen, een vernietigend spoedrapport van Borstlap en Joustra over het besluitvormingsprocedures bij de Belastingdienst: 173 pagina’s. Wiebes keek ernaar en bleef zitten. Ik pleitte in het voorjaar 2017 voor twee staatssecretarissen van Financiën, waarvan een voor beleid en wetgeving, en een uitsluitend voor de Belastingdienst voor de uitvoering. Het was aan dovemansoren gericht.

Wetsvoorstel
Dan het wetsvoorstel zelf. Mijn fractie heeft grote waardering voor de grote niet aflatende strijd van de Tweede Kamerleden Renske Leijten en Pieter Omtzigt, die mede tot deze wettelijke regelingen voor de Kinderopvangtoeslagenaffaire heeft geleid voor de grootst mogelijke groep gedupeerden. Ook waardering voor deze staatssecretaris die het ingewikkelde voorstel vandaag hier verdedigt.

Voor de 50PLUS-fractie is steun aan dit voorstel het begin van een lange weg, vergelijkbaar met een voettocht naar Santiago de Compostella: de onderste steen op deze weg zal boven moeten komen. De mini-enquête van de Tweede Kamer over het toeslagendrama is de eerste voetstap op die lange weg.”

© 30 juni 2020