Pensioendeelnemers moeten delen in toegenomen welvaart

50PLUS wil geen kortingen op de pensioenen en pleit voor een pas-op-de-plaats voor álle pensioenfondsen die momenteel geraakt worden door de bijzondere omstandigheden. “Zodat de deelnemers – jong en oud – kunnen delen in de toegenomen welvaart in ons land!”, zei senator Martin van Rooijen in de Eerste Kamer.

Senator Martin van Rooijen

Het kabinet voorspelt in de Miljoenennota een inkomensverbetering voor gepensioneerden. Maar die gepensioneerden lezen dagelijks in de krant dat de pensioenfondsen wellicht vele procenten moeten korten. “Dat is tamelijk bizar”, stelde Martin van Rooijen (foto) vast. “De voorspelde koopkrachtverbetering voor zo’n vier miljoen gepensioneerden kan dus per ommegaande de prullenbak in. Na het enorme koopkrachtverlies van de afgelopen jaren door geen indexatie, komt er voor deze groep simpelweg nóg een fikse koopkrachtdaling bovenop”, aldus het Eerste Kamerlid van 50PLUS.

Regelgeving

De 50PLUS-senator vroeg zich tijdens de Algemene Beschouwingen in de Eerste Kamer hardop af of het wel verstandig is, gelet op alle problemen die er in het buitenland zijn, om ons land ook nog eens te confronteren met een daverend pensioenprobleem dat door veel te strikte regelgeving wordt veroorzaakt. “Is het kabinet eigenlijk niet bezig zijn eigen recessie te creëren?”, vroeg Martin van Rooijen aan minister-president Rutte. 

De rekenregels

Van Rooijen wees ook op de brief van liefst 60 prominenten waarin het kabinet wordt opgeroepen nog eens heel goed over de eigen rekenregels na te denken. “Blijkbaar is de steun voor een aanpassing veel groter dan het kabinet denkt”, stelde het Eerste Kamerlid. Hij vroeg hoe het kabinet aankijkt tegen het voorstel van de deskundigen om een commissie in te richten die gaat kijken hoe de huidige rekenregels aangepast kunnen worden. “Bekijken of we niet veel meer de lijn van de Europese Commissie moeten volgen en ruimte moeten bieden aan een systeem waar wel degelijk met behaalde rendementen rekening wordt gehouden. Zoals heel veel landen om ons heen doen. Landen met ook goede pensioenstelsels!”

Beste pensioenstelsel wereldwijd

Martin van Rooijen vroeg aan Rutte hoe het verder gaat als minister Koolmees over vier weken laat weten dat het kabinet onverkort vasthoudt aan de huidige rekenregels voor pensioenfondsen. “Wat gaan we dan doen? Gaan we dan aan de gepensioneerden uitleggen dat ondanks de recordrendementen van liefst 15 tot 20 procent van de pensioenfondsen dit jaar, we toch fors op de pensioenen gaan korten? Omdat meneer Knot dat zegt? Omdat volgens de regels van het kabinet de pensioenfondsen net moeten doen alsof ze de komende 50 jaar geen enkel rendement maken? Ik las onlangs de uitspraak van een communicatiedeskundige dat ons pensioenstelsel door het kabinet extreem slecht verkocht wordt. En dat voor een pensioenstelsel dat door het grootste wereldwijde adviesbureau Mercer opnieuw is uitgeroepen tot het beste pensioenstelsel ter wereld!”

Bijsluiter?

Er valt heel veel uit te leggen de komende tijd, stelde het Eerste Kamerlid van 50PLUS vast. “Wie gaat dat doen? Verschuilt het kabinet zich weer achter de pensioenfondsen, of komt het kabinet met een bijsluiter waarin alles wordt uitgelegd? Waarin de minister-president vertelt dat de toegezegde koopkrachtstijging niet doorgaat voor miljoenen gepensioneerden? Dat dit helaas wederom een belofte is, waaraan hij niet kan voldoen? Dat hij niet luistert naar een groot aantal deskundigen? Dat hij geen zin heeft om nog eens goed na te denken over hun voorstel? Ik ben erg benieuwd naar de antwoorden van de minister-president!”, aldus Martin van Rooijen.

Advies

50PLUS wil geen kortingen op de pensioenen. “Ons advies zou zijn dat het kabinet ten minste pas-op-de-plaats maakt voor het komende jaar”, adviseerde Martin van Rooijen. “Niet alleen voor een paar voor de hand liggende grote fondsen, maar voor álle pensioenfondsen die momenteel geraakt worden door deze bijzondere omstandigheden. Zodat de deelnemers, jong en oud, kunnen delen in de toegenomen welvaart in ons land!”

► Kom in actie voor uw pensioen! Doe mee en teken op de actiepagina!

De volledige inbreng van Martin van Rooijen, voorzitter van de fractie van 50PLUS in de Eerste Kamer, bij de Algemene Politieke Beschouwingen:

“Ik begin met een persoonlijk woord.

Volgende week maandag, 4 november 2019, is het 75 jaar geleden dat drie Duitse soldaten besloten de molen in het Brabantse Drunen niet op te blazen. Alle mensen uit Drunen die in de molen schuilen werden zo gered. De drie soldaten weigerden in de avond van 4 november het bevel tot opblazen van de molen op te volgen. In de veilige molen schuilden 93 burgers. Onder die 93 waren ook mijn vader en moeder, mijn jongere zusje van 1 jaar en ik, 2 jaar en 3 maanden oud. Ik herinner mij het verblijf in de molen toch nog.

Mevrouw Geke van de Merwe-Wouters heeft er in 2015 een boek over geschreven onder de titel ‘Drunen ontsnapt aan massamoord’.

Ik maak daar hier en nu gewag van omdat ik ook stil wil staan bij de stadhuismoord in Heusden. In de kelder van het stadhuis schuilden meer dan 150 mensen die dachten daar een veilige schuilplaats te hebben. Enkele uren na onze redding door drie Duitse soldaten hebben andere Duitse soldaten in de nacht van 4 november het stadhuis in Heusden wel opgeblazen waardoor 134 onschuldige burgers de dood vonden, werden vermoord. Met de razzia in Putten is dit de grootste burgermoord in Nederland. Geke van de Merwe heeft nu ook een boek geschreven over Heusden: ‘De stadhuisramp, een onbestrafte misdaad’, dat dezer dagen verschijnt.

Niets kan treffender weergeven, het verschil tussen leven en dood maar ook tussen goed en kwaad. Ik zal op 3 november bij de herdenking in Drunen aanwezig zijn en op 4 november bij de jaarlijkse stille tocht in Heusden.

•••

Het is mij een eer en genoegen vandaag namens mijn fractie de verbale degens te mogen kruisen met het kabinet tijdens deze Algemene Beschouwingen. Ik heb aan de overkant al diverse keren met het kabinet mogen discussiëren over het gevoerde beleid, maar om dat hier in de Chambre de Reflexion opnieuw te mogen doen, is toch wel heel bijzonder.

En ook de aanleiding is bijzonder. Niet eerder was een kabinet zo positief over het eigen beleid en de inkomensontwikkeling van de burgers. Telkenmale was er de afgelopen jaren kritiek op het kabinet dat de economie zich wel herstelde, maar dat de mensen in het land daar nauwelijks iets van merkten. Maar zie, met de ingezette lastenverlichting gaat volgens het kabinet bijna iedereen er volgend jaar er stevig op vooruit. Koopkrachtverbeteringen van 2 procent en meer sierden de Miljoenennota voor de werkenden; de ouderen komen er zoals altijd bekaaid af. Zelfs de oppositie werd er stil van. Zelden ontmoette een kabinet, althans volgens de media, een zo positieve oppositie. Hoe mooi kan het politieke leven zijn.

Maar de Algemene Beschouwingen in de Tweede Kamer waren nog niet afgelopen of de eerste barsten in al dit moois werden al zichtbaar. De onvrede in het land is groot. En dan bedoel ik niet alleen de boeren op het Malieveld, maar het is toch redelijk uniek dat het werkgeversprotest tegen het kabinetsbeleid in ons land zo breed gedragen wordt. Nooit vertoond: werkgevers op het Malieveld. Ook de ouderen komen er aan: op naar het Malieveld. Het land en de economie dreigen vast te lopen in veel te veel regelgeving en de mooie koopkrachtplaatjes verdwijnen als sneeuw voor de zon. Het zou interessant zijn te horen hoe het kabinet hierover denkt. Is er nog steeds zoveel optimisme of wordt het tijd wat realistischer naar het komend jaar te kijken. Is het kabinet nog van plan om met aangepaste ramingen dit najaar te komen?

Als we dan toch aan het aanpassen zijn, kunnen we gelijk naar de pensioenen kijken. Het is toch wel tamelijk bizar dat het kabinet in de Miljoenennota doodleuk een inkomensverbetering voor gepensioneerden voorspelt, terwijl de pensioenfondsen dagelijks in de krant met kortingen van vele procenten dreigen. Waarmee de voorspelde koopkrachtverbetering voor zo’n 4 miljoen gepensioneerden per ommegaande de prullenbak in kan. Na het enorme koopkrachtverlies van de afgelopen jaren door geen indexatie, komt er voor deze groep simpelweg nog een aanmerkelijke koopkrachtdaling bovenop.

Eind volgende maand komt minister Koolmees met verlossend woord, begrepen we uit het recente overleg met de Tweede Kamer. Dat is natuurlijk veel te laat. Je kunt niet in september mooie dingen beloven en vervolgens twee maanden de tijd nemen om te bezien of je je beloftes wel kunt waarmaken. De minister-president heeft in het verleden wel meer zaken beloofd die hij niet kon waarmaken, maar dit gaat toch wel erg ver. Het wordt tijd voor duidelijke antwoorden en niet zo dadelijk weer allerlei excuses achteraf. Mensen willen het nu weten.

Kortom, 50PLUS verneemt graag van het kabinet hoe men tegen de nu ontstane situatie aankijkt? Blijft het kabinet almaar nadenken, blijft de onzekerheid bij miljoenen Nederlanders bestaan? Denkt het kabinet na over de economische consequenties van forse kortingen op de pensioenen. Is het verstandig, gelet op alle problemen die er in het buitenland zijn, om ons land ook nog eens te confronteren met een overvloed van regelgeving voor het bedrijfsleven en een daverend pensioenprobleem dat eveneens door veel te strikte regelgeving wordt veroorzaakt. Is het kabinet eigenlijk niet bezig zijn eigen recessie te creëren?

Onze eigen landelijke profeet van de strikte regelgeving – president Knot van De Nederlandsche Bank – kwam onlangs naar de Tweede Kamer om uit te leggen dat forse kortingen op het pensioen onvermijdelijk zijn. Op zichzelf was dit geen nieuw bericht, want dit is een verhaal dat De Nederlandsche Bank al tijden verkondigt, geholpen door de rigide rekenregels van het kabinet. Vaak worden dit soort berichten dan vergezeld van ondersteunende commentaren van deskundigen die vaak weer op de één of andere manier aan DNB verbonden zijn. Allemaal bekend en veel van hetzelfde.

Wat echter niet van hetzelfde was, was de brief van maar liefst 60 prominenten uit de wetenschap en het bedrijfsleven die onlangs naar de Tweede Kamer werd gestuurd. Een brief waarin het kabinet wordt opgeroepen nog eens heel goed over de eigen rekenregels na te denken. Ik telde in die groep prominenten een kleine 30 hoogleraren, 2 oud-directeuren van het Centraal Planbureau, 2 oud-plaatsvervangend directeuren van het Centraal Planbureau, ja zelfs 2 oud-leden van de directie van De Nederlandsche Bank en verder tal van andere bekenden uit het bedrijfsleven, de politiek en de wetenschap.

Volgens een commentaar in De Telegraaf was het eigenlijk voor het eerst dat een groep die niet direct verbonden is met één van de partijen uit de pensioendiscussie zich zo openlijk uitsprak tegen het kabinetsbeleid. Uiteraard kwam er een reactie van een aantal andere hoogleraren, maar dat waren er nog geen 20 en veelal bekend van eerdere commentaren.

Blijkbaar is de steun voor een aanpassing in de wetenschap en het bedrijfsleven veel groter dan het kabinet denkt. Ik zou dan ook aan het kabinet willen vragen hoe men aankijkt tegen het voorstel van deze groep van 60 deskundigen om op korte termijn een commissie in te richten die gaat kijken hoe wij de huidige rekenregels op een verstandige wijze kunnen aanpassen. Zeker in het licht van de voorziene wijzigingen in ons pensioenstelsel. Of we niet veel meer de lijn van de Europese Commissie moeten volgen en ruimte moeten bieden aan een systeem waar wel degelijk met behaalde rendementen rekening wordt gehouden. Zoals heel veel landen om ons heen doen. Landen met ook goede pensioenstelsels. Ik zeg er alvast bij dat afhankelijk van het antwoord van het kabinet mijn fractie overweegt op dit punt in tweede termijn een motie in te dienen.

Wellicht kan het kabinet dan gelijk antwoord geven hoe we eigenlijk verder moeten als we dit niet doen. Als minister Koolmees, na heel lang denken, eind november bevalt van een brief waarin het kabinet onverkort vasthoudt aan de huidige rekenregels voor pensioenfondsen. Wat gaan we dan doen? Gaan we dan aan de gepensioneerden uitleggen dat ondanks de recordrendementen van liefst 15 tot 20 procent van de pensioenfondsen dit jaar, we toch fors op de pensioenen gaan korten? Omdat meneer Knot dat zegt? Omdat volgens de regels van het kabinet de pensioenfondsen net moeten doen alsof ze de komende 50 jaar geen enkel rendement maken? Ik las onlangs de uitspraak van een communicatiedeskundige dat ons pensioenstelsel door het kabinet extreem slecht verkocht wordt. En dat voor een pensioenstelsel dat door het grootste wereldwijde adviesbureau Mercer opnieuw is uitgeroepen tot het beste pensioenstelsel ter wereld.

Er valt dus de komende tijd heel veel uit te leggen. Wie gaat dat doen? Verschuilt het kabinet zich weer achter de pensioenfondsen of komt het kabinet met een bijsluiter waarin alles wordt uitgelegd? Waarin de minister-president vertelt dat de toegezegde koopkrachtstijging niet doorgaat voor miljoenen gepensioneerden? Dat dit helaas wederom een belofte is, waaraan hij niet kan voldoen? Dat hij niet luistert naar een groot aantal deskundigen? Dat hij geen zin heeft om nog eens goed na te denken over hun voorstel? Ik ben erg benieuwd naar de antwoorden van de minister-president.

En als hij dan antwoordt, kan hij misschien gelijk nog even ingaan op de berichten in de media over dramatische kortingen op de opbouw van pensioenaanspraken voor de jongere deelnemers. Ook de brief van de 60 prominenten wijst daar heel nadrukkelijk op. Want als we bij de kostprijspremie uitgaan van dezelfde rekenregels als voor de verplichtingen, dan zal die premie zeer fors omhoog moeten.

Het vakblad PensioenPro heeft tal van pensioenfondsen hierover benaderd. In hun reactie geven de ondervraagde pensioenfondsen aan dat de pensioenopbouw voor jongeren fors omlaag moet. Men spreekt zelfs letterlijk over ‘dramatische’ kortingen op de opbouw van nieuwe pensioenen. Verwacht wordt dat de pensioenopbouw voor jongeren hooguit uitkomt op zo’n 50 procent middelloon. Het pensioenfonds van Philips rekent dit zelfs heel precies voor. Dan krijgen jongeren zo dadelijk pensioenen die zo’n misschien 30 procent van hun eindloon bedragen. Gaat het kabinet dat ook in een bijsluiter uitleggen? In de hoop dat de jongeren toch mee blijven doen?
 
In alle oprechtheid, ik denk dat de kans daarop heel gering is. Ik verwacht niet dat jongeren mee gaan doen in een stelsel dat zulke lage uitkomsten in het vooruitzicht stelt. Ik ben benieuwd naar het antwoord van onze altijd zo optimistische minister-president over deze opbouwproblemen voor de jongere pensioendeelnemers. Maar ik denk dat we heel veel optimisme nodig hebben om aan de jongeren een stelsel te verkopen dat de komende 50 jaar nul procent rendement veronderstelt. Een stelsel dat afwijkt van alle stelsels in de landen om ons heen. Landen met goede pensioenstelsels, maar die aanmerkelijk realistischer rekenen dan dit kabinet. Net als veel internationale instellingen.

Wat te doen? Het lijkt mijn fractie bijzonder onverstandig om begin volgend jaar, als we nog midden in de pensioendiscussie zitten, forse kortingen op het pensioen door te voeren. Ons advies zou zijn dat het kabinet, met het oog op de komende pensioenvoorstellen, ten minste pas-op-de-plaats maakt voor het komende jaar. Niet alleen voor een paar voor de hand liggende grote fondsen, maar voor álle pensioenfondsen die momenteel geraakt worden door deze bijzondere omstandigheden. Zodat de deelnemers, jong en oud kunnen delen in de toegenomen welvaart in ons land.

De heer Rutte heeft vaak gezegd dat hij minister-president wil zijn voor alle Nederlanders. Welaan, voor een minister-president voor alle Nederlanders ligt hier een mooie taak. Om de dreigende kortingen over het volgend jaar heen te tillen. Om de koopkrachtbeloftes uit de Miljoenennota te honoreren en onze economie een steuntje in de rug te geven. Om duidelijk aan te geven waar het kabinet nu naar toe wil. Mijn fractie vindt dat het kabinet dit naar de vele burgers die hierdoor geraakt worden, heel duidelijk zal moeten communiceren.

De heer Rutte heeft vaak gezegd dat hij minister-president wil zijn voor alle Nederlanders. Welaan, voor een minister-president voor alle Nederlanders ligt hier een mooie taak. Om de dreigende kortingen over het volgend jaar heen te tillen. Om de koopkrachtbeloftes uit de Miljoenennota te honoreren en onze economie een steuntje in de rug te geven. Om duidelijk aan te geven waar het kabinet nu naar toe wil. Mijn fractie vindt dat het kabinet dit naar de vele burgers die hierdoor geraakt worden, heel duidelijk zal moeten communiceren.

Tot slot nog een hartenkreet over de Belastingdienst. Die verkeert in een deplorabele situatie. Staatssecretaris Snel wil de Belastingdienst hervormen. Hij wil hervormen, maar dat zal volgens hem een aantal jaren duren en is een zaak van lange adem. Ik heb in juni 2018 al een motie ingediend aan de overzijde voor een tweede staatssecretaris van Financiën die uitsluitend verantwoordelijk is voor de Belastingdienst. Vandaag wil ik op zijn verjaardag dit als een geschenk aanbieden. Gaat Rutte nu eindelijk de  teloorgang van de Belastingdienst als Chefsache  beschouwen? Ik zie de antwoorden van de premier met meer dan gewone belangstelling tegemoet.”

© 29 oktober 2019